Technisch lezen is het proces waarbij een kind leert om letters en woorden vlot en nauwkeurig te herkennen en uit te spreken. Er zijn verschillende strategieën die kinderen helpen bij het automatiseren van het lezen. De vijf belangrijkste leesstrategieën zijn:
1. De elementaire leeshandeling
De elementaire leeshandeling is de basisstrategie waarbij een kind een woord letter voor letter leest door fonemen aan grafemen te koppelen, de klanken samen te voegen (auditieve synthese) en vervolgens betekenis te geven aan het woord.
2. Lezen met behulp van clusters en spellingspatronen
Bij deze strategie leren kinderen grotere eenheden van letters en klanken herkennen in plaats van losse letters afzonderlijk te lezen. Dit versnelt het leesproces en vergemakkelijkt de overgang naar vloeiend lezen.
- Clusters en spellingspatronen – Clusters zijn lettercombinaties zoals str in “straat”, en spellingspatronen zijn veelvoorkomende lettervolgorden zoals aai, ooi, oei. Door deze als een geheel te herkennen, wordt lezen sneller en efficiënter.
- Wisselrijtje – Een reeks woorden die grotendeels hetzelfde blijven, op één klank of letter na, waardoor kinderen leren variëren in uitspraak en spelling.
Voorbeeld van een wisselrijtje:
- “maan” – “man” – “maan”
- “kip” – “kap” – “kop”
Door deze rijtjes te oefenen, leren kinderen sneller letters en klanken combineren zonder elk woord opnieuw te hoeven analyseren.
3. Lezen met behulp van visuele woordvorm
Bij deze strategie herkent een kind een woord in één oogopslag zonder het letter voor letter te hoeven ontleden. Dit is een meer geautomatiseerde vorm van lezen die bij gevorderde lezers voorkomt.
- Directe woordherkenning – Het proces waarbij een lezer een woord direct herkent aan de vorm en structuur, zonder het te hoeven spellen. Dit komt vooral voor bij veelvoorkomende woorden zoals “de”, “een” en “huis”.
Hoe vaker een kind een woord ziet, hoe sneller het dit woord direct kan herkennen, zonder bewust de letters samen te voegen.
4. Lezen met behulp van morfologische analyse
Morfologische analyse houdt in dat een kind een woord herkent door te kijken naar de opbouw en betekenis van de verschillende delen van het woord.
- Morfeem – De kleinste betekenisvolle eenheid van een woord, zoals een voorvoegsel, achtervoegsel of stam.
- Voorbeeld: In het woord “onleesbaar” zijn on- (niet), lees (werkwoordstam) en -baar (mogelijk) drie morfemen die samen de betekenis van het woord bepalen.
Door woorden op te splitsen in morfemen, kunnen kinderen gemakkelijker onbekende woorden afleiden en begrijpen.
5. Lezen met behulp van context
Bij deze strategie gebruikt een kind de betekenis van de zin of tekst om een onbekend woord te herkennen.
Als een kind een woord niet kent, kan het de omringende woorden en de algemene betekenis van de zin gebruiken om het juiste woord te raden. Dit helpt bij het lezen van complexe teksten waarin niet elk woord meteen herkend wordt.
Samenvatting
De vijf leesstrategieën helpen kinderen bij het leren lezen, van het ontcijferen van losse letters tot het snel en vloeiend herkennen van woorden en zinnen. De elementaire leeshandeling vormt de basis, waarna kinderen met behulp van clusters en spellingspatronen sneller woorden herkennen. Visuele woordherkenning en morfologische analyse helpen bij het lezen van langere of complexere woorden, terwijl contextgebruik het begrijpen van onbekende woorden ondersteunt.
Door deze strategieën te combineren, ontwikkelen kinderen een steeds efficiënter leesproces, wat uiteindelijk leidt tot vloeiend en begrijpend lezen.